De blindgeborene


Bijbelverhaal

De blindgeborene
(uit de Bijbel - nieuwe testament - Johannes 9)

1 En voorbijgaande zag Hij een man, die sedert zijn geboorte blind was. 2 En zijn discipelen vroegen Hem en zeiden: Rabbi, wie heeft gezondigd, deze of zijn ouders, dat hij blind geboren is? 3 Jezus antwoordde: Noch deze heeft gezondigd noch zijn ouders, maar de werken Gods moesten in hem openbaar worden. 4 Wij moeten werken de werken desgenen, die Mij gezonden heeft, zolang het dag is; er komt een nacht, waarin niemand werken kan. 5 Zolang Ik in de wereld ben, ben Ik het licht der wereld. 6 Na dit gezegd te hebben, spuwde Hij op de grond en maakte slijk van dit speeksel en Hij legde hem het slijk op de ogen, 7 en zeide tot hem: Ga heen, was u in het badwater Siloam, hetgeen vertaald wordt door: uitgezonden. Hij dan ging heen, wies zich en kwam ziende terug.

8 De buren dan en zij, die hem vroeger als bedelaar gekend hadden, zeiden: Is hij dat niet, die zat te bedelen? 9 Sommigen zeiden: Hij is het; anderen zeiden: Neen, maar hij gelijkt op hem. Hij zeide: Ik ben het. 10 Zij dan zeiden tot hem: Hoe zijn [dan] uw ogen geopend? 11 Hij antwoordde: De mens, die Jezus genoemd wordt, maakte slijk, streek het op mijn ogen en zeide tot mij: Ga heen naar Siloam en was u. Ik ging dan heen en toen ik mij gewassen had, werd ik ziende. 12 En zij zeiden tot hem: Waar is Hij? Hij zeide: Ik weet het niet.


Lied “Huil maar mee”

solo: Hendrik de Boer - tekst: Sjoerd Bakker
melodie: Andrew Lloyd Webber (Don’t cry for me Argentina)